Hoeveel vrijheid kunnen we geven aan het islamitisch fundamentalisme zonder onze eigen vrijheden te verliezen? In minder dan 168 pagina’s behandelt de Leidse onderzoekster Machteld Zee deze vraag. Ze doet dat in drie delen. Ze begint bij islamitisch fundamentalisme (‘Wat als de islamisering vreedzaam verloopt, zien we het dan ook?’) en bestudeert verder waarom er volgens haar de afgelopen dertig jaar onder het mom van multiculturalisme met een romantische blik gekeken is naar religieuze groepsidentiteiten. Ten slotte brengt ze in het derde deel ‘Britse shariaraden’ het multiculturalisme en het moslimfundamentalisme samen.
In haar proefschrift, begeleid door rechtsgeleerde en filosoof Paul Cliteur, Choosing Sharia? Multiculturalism, Islamitic Fundamentalism and Sharia Councils in the United Kingdom toonde de Nederlandse juriste Machteld Zee al aan dat er in het Verenigd Koninkrijk een parallel rechtssysteem bestaat gebaseerd op de islamitische wetgeving, de sharia. Haar onderzoek is intussen uitgegeven in boekvorm onder de naam Heilige identiteiten. Op weg naar een shariastaat? Hierin neemt ze haar onderzoek in breder perspectief onder de loep.
In haar onderzoek zelf delfde ze diep. Bij hoge uitzondering kreeg Zee toegang tot enkele shariaraden in Engeland. Daar stelde ze vast dat vrouwen niet gelijkwaardig behandeld worden als mannen. Het meest voorkomende probleem dat ze opspoorde was dat van de ‘huwelijkse gevangenschap’. Veel moslimvrouwen die gehuwd zijn en willen scheiden hebben namelijk problemen om hun ‘religieus huwelijk’ te laten ontbinden. Zo zijn ze volgens de burgerlijke wet wel gescheiden, maar kunnen ze in de ogen van de islamitische gemeenschap waarin ze leven en in hun land van herkomst nog steeds beschouwd worden als getrouwde vrouwen. Daarom kunnen ze dan geen andere relatie aangaan.
Haar onderzoek bevestigt wat al lang vermoed werd: dat shariaraden de bepalingen van de Koran boven de burgerlijke wetten plaatsen. Een en ander werd ook al kenbaar gemaakt in de BBC-reportage ‘Britains’s Sharia Courts’ (2013), waarbij undercoverbeelden toonden wat zich in shariaraden afspeelde. Zo bestaat verkrachting binnen het huwelijk sowieso al niet.
Volgens Zee is de impact van Saoedi-Arabië niet te onderschatten. Zowel de ideeën als de financiering. Ze schetst hierin ook de invloed op Maleisië, een land dat doorgaans omschreven wordt als een ‘gematigd’ moslimland. Volgens sommige critici toonde Zee wel niet of onvoldoende het verband aan tussen de missioneringsdrang van Saoedi-Arabië en de Moslimbroeders en de oprichting van de Britse shariaraden.
Ook in Nederland waarschuwt Zee voor toenemende islamisering. In 2006 brak toenmalig minister van Justitie Piet Hein Donner (CDA) al een lans voor het verzuilen van de islam. ‘Ook als dit betekent dat de sharia, de islamitische wetgeving, wordt ingevoerd. Als twee derde van alle Nederlanders morgen de sharia zou willen invoeren, dan moet die mogelijkheid toch bestaan? […] Dat is nou namelijk juist de essentie van democratie’, zo citeert Zee Donner in haar inleiding. Dit boek maakt net komaf met zulke romantische, theoretische ideeën. De boodschap van haar boek moge duidelijk zijn: one law for all.
In Nederland zorgde haar publicatie voor enige ophef. Ook met haar interview hierover in AD: ‘Achter islamisering zit een plan’. Zee, afgelopen voorjaar stelde ze haar onderzoek nog voor op het Vrijheid-colloquium van Vlaams Belang, wordt in een bepaalde hoek gezet. Al waagt ze zich niet aan de discussie of de islam as such het probleem is.
‘Ook al wordt deze apocalyptische visie op de bedoelingen van de islam gesteund door vertrouwde namen in dit verband als Paul Cliteur en Afshin Ellian, er is niet veel tegen in de brengen’, concludeerde het progressieve internetblad Vrij Nederland (VN). Toch merkte de Nederlandse oud-journalist en islamcriticus Carel Brendel enkele onzorgvuldigheden op: ‘Machteld Zee komt voor open doel, maar verzuimt om de bal in te schieten’. Haar kritiek zou ook onvoldoende op Nederland betrokken zijn.
VN schreef dan weer dat Zee weinig oog heeft voor de grote meerderheid van de brood-en-boter-moslims die helemaal niet zo wereldveroverend denkt. Ze zegt dat er wel degelijk ‘daadwerkelijk vredelievende en tolerante moslims’ zijn, maar voegt er meteen aan toe dat ze het moeilijk hebben: ze moeten ernstig ‘vrezen voor hun vrijheid en veiligheid’ omdat die vredelievendheid hen niet wordt gegund door de fundamentalisten. Soms is haar toon ook huiselijk. Al is dat eerder een pluspunt; hoe ze een academisch werk kan vertalen naar een vlot geschreven toegankelijke tekst.
Paperback / softback | Nederlands | Literaire non-fictie algemeen |