Toen ik in Tokio een lezing op een conferentie over VN-vredesoperaties gaf op uitnodiging van de Japanse nationale militaire academie, nam ik de gelegenheid te baat om twee sporten te bekijken: sumoworstelen en honkbal. Het een is zoals bekend een traditioneel Japans fenomeen, en het ander is van Amerikaanse origine. De Amerikanen importeerden hun baseball in Japan na de Tweede Wereldoorlog. Als gevolg van die oorlog kwam in de Grondwet van het land te staan dat Japan geen eigen leger mocht hebben. Daardoor raakten de Japanners in nieuwere tijden geïnteresseerd in het bijdragen aan vredesoperaties van de Verenigde Naties, die immers gebaseerd zijn op geweldloosheid en neutraliteit. En in dat kader paste dan ook de conferentie die ik in Tokio toesprak, samen met een aantal buitenlandse militaire experts. Onze voordrachten waren in het Engels en werden in het Japans vertaald. Al met al duurde het gebeuren daarom tweemaal langer dan normaal.
Eerst bezocht ik in mijn vrije tijd het sportcentrum waar de sumoworstelaars trainden. Het was op een ochtend. Er was verder niemand te bekennen. In de verder lege hal ging ik zitten kijken naar een paar trainingspartijtjes tussen de giganten op het podium. Ik was er per trein vanuit het centrum naartoe gereisd. Ik kon niets lezen en moest dus de haltes tellen. Door de hulpvaardigheid van de mensen verdwaalde ik gelukkig niet in deze wereldstad.
Later in de week toog ik naar een heel ander deel van de stad, naar het Tokio Dome, een groot baseballstadion. Boven achter de tribunes was een gallerij, die helemaal rondom het veld liep. Het was dus mogelijk om je te vertreden tijdens de wedstrijd en het spel zo van alle kanten te bekijken. De sfeer deed Amerikaans aan en riep bij mij in herinnering wedstrijden die ik in New York had gezien van de Mets en Yankees.
Rob Siekmann
Paperback / softback | Nederlands | Literaire non-fictie algemeen |