Joris Verbeurgt
Joris Verbeurgt (1975) is historicus, vertaler en auteur. Hij groeide op in Melle en studeerde geschiedenis van de klassieke oudheid aan de UGent. Later behaalde hij ook nog een master in de communicatiewetenschappen (VUB, 2008) en een master-na-master internationale betrekkingen en diplomatie (UA, 2016). Na zijn studies geschiedenis werd hij beroepsofficier bij Defensie. In die hoedanigheid diende hij onder andere in Libanon en Congo. In 2013 verliet hij Defensie om in het middelbaar onderwijs talen te gaan doceren.
Samen met prof. Hans Verboven publiceerde hij in 2015 ‘Een oorlog kan ook mooi zijn. Ernst Jünger aan het westelijk front’ (Polis). In 2019 bracht Joris Verbeurgt bij Uitgeverij Vrijdag het boek ‘Weldra zal ik onder de guillotine liggen. Grace Elliott: ooggetuige van de Franse Revolutie’ uit. Twee jaar later publiceerde hij bij dezelfde uitgeverij ‘Wachtend op het vuurpeloton. Theodor Fontane en de Frans-Duitse oorlog (1870)’.
Daarnaast schrijft hij ook regelmatig artikels over defensie-gerelateerde onderwerpen voor het magazine European Defense and Security (Mittler Verlag). Ten slotte geeft hij ook nog regelmatig lezingen over zijn boeken en aanverwante onderwerpen voor onder andere de Marnixring, de Davidsfonds Academie en allerlei boekhandels.
Joris Verbeurgt woont in Hasselt en heeft drie kinderen.
Boeken
Nieuws
Het tragische leven van een verzetsheld
Voor zijn boek ‘Het kostbare kruid. Over Philemon Hauman en het verzet in Temse en Brussel’ dat hij recent in eigen beheer uitgaf, is hij in zijn familiegeschiedenis gedoken om het spannende en evenzo tragische levensverhaal van zijn oom Philemon Hauman te vertellen.
Geboren in 1917 in een gezin van welstellende kleermakers in Temse, werd Philemon opgevoed in de geest van katholicisme en patriotisme die zo typerend was voor de burgerij in de jaren dertig van de twintigste eeuw. Hij werd reserve-officier en streed in 1940 voor Vorst en Vaderland tegen de Duitse invaller. Onder de bezetting werd hij actief in twee verzetsbewegingen, de Nationale Koninklijke Beweging (NKB) en het Geheim Leger, en werd hij de spil van een spionagenetwerk in het Waasland dat tot Brussel en Londen reikte. In 1942 werd Philemon samen met twintig anderen verraden en viel hij in handen van de Gestapo. Philemon werd naar het concentratiekamp van Neuengamme gedeporeerd waar hij zich aansloot bij het lokale verzetscomité. Toen tegen het einde van de oorlog de Geallieerden naderden, werd het kamp geëvacueerd. Met ruim vijfduizend andere gevangenen werd Philemon aan boord gebracht van het Duitse passagiersschip Cap Ancona. Vijf dagen voor het einde van de oorlog bombardeerden Britse vliegeniers het schip. Slechts enkelen slaagden erin het brandende en zinkende schip te verlaten en aan land te komen. Philemon was een van hen. Maar op het strand stonden S.S.-ers de drenkelingen op te wachten. Philemon en de anderen die de kust wisten te bereiken, werden zonder pardon neergeschoten. In 1961 werd het stoffelijk overschot van Philemon terug naar Temse overgebracht en daar onder grote belangstelling begraven.
In een verzorgde, zakelijke stijl weet Remi Hauman het leven van de oom die hij nooit heeft gekend maar waarover hij in zijn jeugdjaren veel had horen vertellen, te reconstrueren. Aan de hand van brieven, interviews van ooggetuigen en officiële documenten, doet de auteur het leven van zijn oom op boeiende wijze uit de doeken. Naast de lotgevallen van zijn oom, heeft Remi ook oog voor diens religieuze en ideologische drijfveren, een overtuiging waar de auteur zelf mee sympathiseert. De achtergrond van het Belgische verzet in de Tweede Wereldoorlog, hoe het er aan toeging in KZ Neuengamme en het dramatische einde dat Philemon en duizenden anderen kenden vlak voor het einde van de oorlog, weet Remi heel mooi te schetsen. Een stukje ‘vergeten’ geschiedenis wordt hiermee van onder het stof gehaald.
Door de invalshoek en de grondigheid waarmee de auteur de feiten behandelt, overstijgt het boek de lokale geschiedenis van Temse. En hoewel de auteur zijn bewondering voor zijn oom niet onder stoelen of banken steekt, is het verhaal meer dan de levensbeschrijving van een persoon: het toont aan dat moed en opoffering te koesteren waarden zijn en dat het leven van een held per definitie een tragisch einde kent.
Nieuwe auteur op boeken.cafe: Joris Verbeurgt
Samen met prof. Hans Verboven publiceerde hij in 2015 ‘Een oorlog kan ook mooi zijn. Ernst Jünger aan het westelijk front’ (Polis). In 2019 bracht Joris Verbeurgt bij Uitgeverij Vrijdag het boek ‘Weldra zal ik onder de guillotine liggen. Grace Elliott: ooggetuige van de Franse Revolutie’ uit. Twee jaar later publiceerde hij bij dezelfde uitgeverij ‘Wachtend op het vuurpeloton. Theodor Fontane en de Frans-Duitse oorlog (1870)’.
Daarnaast schrijft hij ook regelmatig artikels over defensie-gerelateerde onderwerpen voor het magazine European Defense and Security (Mittler Verlag). Ten slotte geeft hij ook nog regelmatig lezingen over zijn boeken en aanverwante onderwerpen voor onder andere de Marnixring, de Davidsfonds Academie en allerlei boekhandels.
Joris Verbeurgt woont in Hasselt en heeft drie kinderen.
Lijstjes
Deze gebruiker heeft geen publieke lijstjes.
Mijn boekervaringen & recensies
Het tragische leven van een verzetsheld
Voor zijn boek ‘Het kostbare kruid. Over Philemon Hauman en het verzet in Temse en Brussel’ dat hij recent in eigen beheer uitgaf, is hij in zijn familiegeschiedenis gedoken om het spannende en evenzo tragische levensverhaal van zijn oom Philemon Hauman te vertellen.
Geboren in 1917 in een gezin van welstellende kleermakers in Temse, werd Philemon opgevoed in de geest van katholicisme en patriotisme die zo typerend was voor de burgerij in de jaren dertig van de twintigste eeuw. Hij werd reserve-officier en streed in 1940 voor Vorst en Vaderland tegen de Duitse invaller. Onder de bezetting werd hij actief in twee verzetsbewegingen, de Nationale Koninklijke Beweging (NKB) en het Geheim Leger, en werd hij de spil van een spionagenetwerk in het Waasland dat tot Brussel en Londen reikte. In 1942 werd Philemon samen met twintig anderen verraden en viel hij in handen van de Gestapo. Philemon werd naar het concentratiekamp van Neuengamme gedeporeerd waar hij zich aansloot bij het lokale verzetscomité. Toen tegen het einde van de oorlog de Geallieerden naderden, werd het kamp geëvacueerd. Met ruim vijfduizend andere gevangenen werd Philemon aan boord gebracht van het Duitse passagiersschip Cap Ancona. Vijf dagen voor het einde van de oorlog bombardeerden Britse vliegeniers het schip. Slechts enkelen slaagden erin het brandende en zinkende schip te verlaten en aan land te komen. Philemon was een van hen. Maar op het strand stonden S.S.-ers de drenkelingen op te wachten. Philemon en de anderen die de kust wisten te bereiken, werden zonder pardon neergeschoten. In 1961 werd het stoffelijk overschot van Philemon terug naar Temse overgebracht en daar onder grote belangstelling begraven.
In een verzorgde, zakelijke stijl weet Remi Hauman het leven van de oom die hij nooit heeft gekend maar waarover hij in zijn jeugdjaren veel had horen vertellen, te reconstrueren. Aan de hand van brieven, interviews van ooggetuigen en officiële documenten, doet de auteur het leven van zijn oom op boeiende wijze uit de doeken. Naast de lotgevallen van zijn oom, heeft Remi ook oog voor diens religieuze en ideologische drijfveren, een overtuiging waar de auteur zelf mee sympathiseert. De achtergrond van het Belgische verzet in de Tweede Wereldoorlog, hoe het er aan toeging in KZ Neuengamme en het dramatische einde dat Philemon en duizenden anderen kenden vlak voor het einde van de oorlog, weet Remi heel mooi te schetsen. Een stukje ‘vergeten’ geschiedenis wordt hiermee van onder het stof gehaald.
Door de invalshoek en de grondigheid waarmee de auteur de feiten behandelt, overstijgt het boek de lokale geschiedenis van Temse. En hoewel de auteur zijn bewondering voor zijn oom niet onder stoelen of banken steekt, is het verhaal meer dan de levensbeschrijving van een persoon: het toont aan dat moed en opoffering te koesteren waarden zijn en dat het leven van een held per definitie een tragisch einde kent.