Ans Schapendonk
Wist u dat uit het vrouwelijk heiligbeen mannelijk sperma wordt gewonnen? Daardoor konden vrouwen zichzelf bevruchten. Dit heiligbeen is te zien op een schilderij in Luik dat ‘La Vièrge au Papillon’ heet. De vlinder staat voor de dubbele banaan, een wiskundige figuur die pas onlangs is opgelost. Vrouwen baarden lang alleen dochters (Madogs).
Als historisch taalkundige ontdekte ik in 2011 de klankhelix, een universeel geldig klankpatroon waarbij woorden van voren oplossen en van achteren langer worden zoals in deze helix Madam > (m)Adam dat via ATEM / META (lees van achteren naar voren) verschuift in METAAL, MENTAAL, MIJN TAAL, maar dan in (m)UNIEK INSTRUMENT, waarmee we het verleden kunnen reconstrueren.
Dat we er ook de toekomst mee kunnen spellen en dus voorspellen, blijkt toen Jezus beweerde, dat zo’n 2000 jaar na zijn dood ZIJN WOORD alias LE MOT zou wederkeren: de klankhelix. In taal zit de MOT wat taalkundigen onterecht taalverloedering noemen, want dialect (slang) verandert volgens een vast patroon. Vol(k)staal impliceert IJZER dat helixt in ISRA-el. Pale(s)tina verwijst naar ‘bleekgezicht’, waardoor de klankhelix tegenstrijdige informatie oplevert.
Ma-dog helixte in Dog-ma toen het voorjoodse matriarchaat van de Doggersbank in de huidige Noordzee naar het vaste land trok. Deze KAT > (k)HAT-TIETEN helixte naast HOND in DOG / GOD. De rivier De Hondt helixte via Hondsch in SCHELDE(n) dat net als HETEN en APPELER in ‘(H)eet Eva een appel(er)’ naar NOEMEN verwijst. Hoor je de Noemer, denk je aan de Teller want het gaat om wiskunde, om MA-the-MA-tiek, om mama’s die als eersten leerden ‘tellen’ door hun ‘telgen’ te voeden.
Vanwege deze ontdekking in de taalkunde is het Vlaams nu wereldwijd hét onderzoeksobject van microbiologen, astrofysici én theologen. Waarom Vlaams? Ooit ontleenden vrouwen het schrift aan de sterren, de dots (dot.com, Diets, Dutch, Duits) die via pat, penta (vijfster) en punt helixten in ‘pointe’: de CLOU, die helixt in KLAUW alias het POOTJE dat te zien is in quercetine (zie Wikipedia), een molecuul, dat lijkt op een (v)lammetje. Het Vlaams helixt via VLAM in Gods Lam, Islam en Dalai Lama. Van west naar oost! Deze conclusie zet de geschiedenis van Noordwest-Europa op zijn kop.
De wol van het schaap en het spuug van de lama alias al (s)packa (speeksel) illustreren het natuurlijke verloop van de klanken. SpuuG helixt in spouW en omdat klinkers alfabetisch helixen, helixen wal(l) > wol via glaswol en spouwmuur in joodse Klaagmuur. Glas helixt uit ‘de klat’ (vgl. de mot zit erin). Het natuurlijke orale klankverloop werd verstoord, toen vrouwen aan mannen het het schrift uitlegden, het Sanskriet dat paradoxaal genoeg in het Waalse Vlaams ‘zónder krijt’ betekent.
De overgang van spuuG in spouW bewijst dat er geen drie verticale rijtjes P, T en K bestaan, maar vier. Dit vierde rijtje W zagen Leibniz, Grimm, Chomsky en álle Nederlandstaligen fonologen over het hoofd.
Mijn boeken gaan over vrouwen als eerste wetenschapsters, de MA-DOGS, vroedvrouwen uit de Wysentijt, door de DOG-MA’s verdoemd, waardoor de klankhelix een ondergronds bestaan ging leiden. Heksen, die hun naam aan het hexagram ontleenden, werden levend begraven of verbrand. Verbindt men sterren alias puntjes met (p)latjes, vindt men naast geometrische figuren de vroedvrouw Mrs. Hatschepnut en de kraamvrouw Ophiuchus, want het DOTJE verwijst naar de voortplanting. Een baby is een cadeau dat via ‘regalo’ helixt in religie. Het gal in regalo verwijst naar Gallië: de bakermat van de joodstalige bevolking.
Door die conclusies komen mijn boeken niet aan de ‘bak’. Er wordt ons een ‘poets gebakken’ sinds het (v)-lammetje (de mot vliegt in de vlam) ons een ‘pootje lapt’ (clou, klauw). Het quercetine heft het pootje, dat helixt uit PAD (Melkweg) dat via PATROON en PETRONIA helixt in ZWARTE PIET(en) & SINTERKLAAS. Het sinter verwijst naar AFVAL alias SLAK dat helixt in SLANG (dialect) en (s)LINGERIE, want vrouwen hadden de BROEK (string; navelstreng; MOERAS) aan, onder wie ‘reus’ Goliath die de stringtheorie (moer-as + kris-as) kende, wat afbeeldingen op historische munten van de (p)Etrusken bewijzen.
Zoek in mijn boeken geen begin of eind, want dat is er niet. Het heelal is een organisme waar wij als voorgeprogrammeerde wezens deel van uitmaken, want Het Woord wordt AUTOMATISCH gevormd en daarna handelen wij. Daar de mot in de vlam vliegt, is het Lam Gods een aanduiding van Het Laatste Oordeel, maar daarmee is nog niet het laatste woord gezegd. De boodschap van de 'les femmes sage' alias (les fem)MES-SAGE is dezelfde als die Je-zus verkondigde: NAASTENLIEFDE.
Een lange, maar hopelijk duidelijk introductie.
Boeken
Nieuws
Geen ‘voer voor theologen’, maar voor het ‘varken’! Hoezo?
Koop nu rechtstreeks bij Ans Schapendonk: Hoe de universele klankhelix Zwarte Piet liet verpieteren > verpoiteren > ver(p)wateren [...] maar waar bleef Sinterklaas?
Terug van weggeweest? No way!
Waarom over het werkelijk mysterie van het voorjoods matriarchaat wordt gezwegen.
KAT, (k)HAT, (h)ATLA(nT: HET LAND, maar welk dan?
KAT, (k)ATLA, (h)ATLA(n)T: HET LAND, maar welk dan?
Nieuwe auteur op boeken.cafe: Ans Schapendonk
Als historisch taalkundige ontdekte ik in 2011 de klankhelix, een universeel geldig klankpatroon waarbij woorden van voren oplossen en van achteren langer worden zoals in deze helix Madam > (m)Adam dat via ATEM / META (lees van achteren naar voren) verschuift in METAAL, MENTAAL, MIJN TAAL, maar dan in (m)UNIEK INSTRUMENT, waarmee we het verleden kunnen reconstrueren.
Dat we er ook de toekomst mee kunnen spellen en dus voorspellen, blijkt toen Jezus beweerde, dat zo’n 2000 jaar na zijn dood ZIJN WOORD alias LE MOT zou wederkeren: de klankhelix. In taal zit de MOT wat taalkundigen onterecht taalverloedering noemen, want dialect (slang) verandert volgens een vast patroon. Vol(k)staal impliceert IJZER dat helixt in ISRA-el. Pale(s)tina verwijst naar ‘bleekgezicht’, waardoor de klankhelix tegenstrijdige informatie oplevert.
Ma-dog helixte in Dog-ma toen het voorjoodse matriarchaat van de Doggersbank in de huidige Noordzee naar het vaste land trok. Deze KAT > (k)HAT-TIETEN helixte naast HOND in DOG / GOD. De rivier De Hondt helixte via Hondsch in SCHELDE(n) dat net als HETEN en APPELER in ‘(H)eet Eva een appel(er)’ naar NOEMEN verwijst. Hoor je de Noemer, denk je aan de Teller want het gaat om wiskunde, om MA-the-MA-tiek, om mama’s die als eersten leerden ‘tellen’ door hun ‘telgen’ te voeden.
Vanwege deze ontdekking in de taalkunde is het Vlaams nu wereldwijd hét onderzoeksobject van microbiologen, astrofysici én theologen. Waarom Vlaams? Ooit ontleenden vrouwen het schrift aan de sterren, de dots (dot.com, Diets, Dutch, Duits) die via pat, penta (vijfster) en punt helixten in ‘pointe’: de CLOU, die helixt in KLAUW alias het POOTJE dat te zien is in quercetine (zie Wikipedia), een molecuul, dat lijkt op een (v)lammetje. Het Vlaams helixt via VLAM in Gods Lam, Islam en Dalai Lama. Van west naar oost! Deze conclusie zet de geschiedenis van Noordwest-Europa op zijn kop.
De wol van het schaap en het spuug van de lama alias al (s)packa (speeksel) illustreren het natuurlijke verloop van de klanken. SpuuG helixt in spouW en omdat klinkers alfabetisch helixen, helixen wal(l) > wol via glaswol en spouwmuur in joodse Klaagmuur. Glas helixt uit ‘de klat’ (vgl. de mot zit erin). Het natuurlijke orale klankverloop werd verstoord, toen vrouwen aan mannen het het schrift uitlegden, het Sanskriet dat paradoxaal genoeg in het Waalse Vlaams ‘zónder krijt’ betekent.
De overgang van spuuG in spouW bewijst dat er geen drie verticale rijtjes P, T en K bestaan, maar vier. Dit vierde rijtje W zagen Leibniz, Grimm, Chomsky en álle Nederlandstaligen fonologen over het hoofd.
Mijn boeken gaan over vrouwen als eerste wetenschapsters, de MA-DOGS, vroedvrouwen uit de Wysentijt, door de DOG-MA’s verdoemd, waardoor de klankhelix een ondergronds bestaan ging leiden. Heksen, die hun naam aan het hexagram ontleenden, werden levend begraven of verbrand. Verbindt men sterren alias puntjes met (p)latjes, vindt men naast geometrische figuren de vroedvrouw Mrs. Hatschepnut en de kraamvrouw Ophiuchus, want het DOTJE verwijst naar de voortplanting. Een baby is een cadeau dat via ‘regalo’ helixt in religie. Het gal in regalo verwijst naar Gallië: de bakermat van de joodstalige bevolking.
Door die conclusies komen mijn boeken niet aan de ‘bak’. Er wordt ons een ‘poets gebakken’ sinds het (v)-lammetje (de mot vliegt in de vlam) ons een ‘pootje lapt’ (clou, klauw). Het quercetine heft het pootje, dat helixt uit PAD (Melkweg) dat via PATROON en PETRONIA helixt in ZWARTE PIET(en) & SINTERKLAAS. Het sinter verwijst naar AFVAL alias SLAK dat helixt in SLANG (dialect) en (s)LINGERIE, want vrouwen hadden de BROEK (string; navelstreng; MOERAS) aan, onder wie ‘reus’ Goliath die de stringtheorie (moer-as + kris-as) kende, wat afbeeldingen op historische munten van de (p)Etrusken bewijzen.
Zoek in mijn boeken geen begin of eind, want dat is er niet. Het heelal is een organisme waar wij als voorgeprogrammeerde wezens deel van uitmaken, want Het Woord wordt AUTOMATISCH gevormd en daarna handelen wij. Daar de mot in de vlam vliegt, is het Lam Gods een aanduiding van Het Laatste Oordeel, maar daarmee is nog niet het laatste woord gezegd. De boodschap van de 'les femmes sage' alias (les fem)MES-SAGE is dezelfde als die Je-zus verkondigde: NAASTENLIEFDE.
Een lange, maar hopelijk duidelijk introductie.
Wie waren die "Oude Grieken" werkelijk?
Taal geen kwestie van mensenwerk, maar van Moeder Natuur!
Slaat de vlam in de pan!
Hedde Zeijlstra baseert zich in zijn uitleg op de bestudering van het Piraha, een schijnbaar zeer simpele, maar toch complexe taal gesproken door een volk dat aan een zijstroom van de Amazone leeft. Helaas bestaat er geen enkele taal die makkelijker of moeilijker is dan een andere, want aan alle talen ligt hetzelfde universeel geldige klankpatroon ten grondslag waaraan Zeijlstra helaas niet openlijk refereert. Hij vermeldt noch aan wie hij zijn kennis ontleent noch legt hij het principe van dit klankpatroon uit. Dat kent scheikundige stoffen waaronder de Piranha-oplossing, waarbij Caro’s zuur vrijkomt. Dit is echter geen ‘zuur’ zoals in zuurstof, maar een vreemd ‘zuur’ want de ‘zuurstok’ op de kermis is ‘mierzoet’! Zeijlstra heeft het over Chomsky, het Droste-effect en de Fibonaccireeks, die begint met twee getallen 1 en 1, maar net als bij de twee zuren, is hier de ene 1 niet gelijk aan de andere 1, ook vergelijkbaar met de twee nullen in het getal honderd. Zeijlstra koos een titel “De geniale eenvoud van taal” die opmerkelijk is, want waarom heeft het dan geen eeuwen, maar zelfs millennia geduurd voordat taalkundigen op het niveau zaten van de kennis van het voorjoodse matriarchaat, dat – zoals nu uit de bestudering van historische munten blijkt – al op de hoogte was van dat wat de universele klankhelix wordt genoemd, die Zeijlstra niet zonder reden verzwijgt. Dit patroon houdt in dat woorden van achteren langer worden (adjectio) en van voren afslijten (detractio). Zeijlstra laat zich daarom ook in de kaart kijken wanneer hij het voorbeeld van ‘(h)eet’ Petra een appel opvoert. Deze zin is geen toeval, want ‘appèl’ verwijst naar ‘een beroep doen op’, terwijl ‘heten’ en appeler ook naar roepen, noemen en heten verwijzen, waardoor opnieuw het ‘nagenoeg gelijk’ (i.c. interferentie) een rol speelt. Hiermee kom ik op de kern van de zaak, want waarom verwijst Hedde Zeijlstra niet naar het omvangrijke oeuvre van Ans Schapendonk, een historisch taalkundige die deze materie al in augustus 2012 tijdens een IVN-congres in Antwerpen toelichtte door op het door haar ontdekte tot nog toe onbekende vierde rijtje van de W (naast P, T en K) te wijzen. Professoren en medewerkers begrepen op slag hun blunders, die ze nu willen goedmaken door publicaties, maar helaas zonder bronvermelding. Schapendonk beschreef bovengenoemde verschijnselen uitvoerig, inclusief alle schei-, natuur- en wiskundige samenhangen waaronder de gulden snede. De uitkomst van deze oplossing is 0,666, het getal van het beest, waardoor Petra waaruit Eva helixt van vredelievende duif werd verdoemd tot duivels wijf. De getallen 6 en de 9 zijn ook nagenoeg identiek wat samenhangt met de saponificatie (verzeping). Het standje 69 lijkt onvruchtbaar, maar is dat wel zo? Niet de joodse Talmoed, maar de voorjoodse Getalmoed, ontwikkeld door het matriarchaat, verklaart de klat die in ons dialect (Engels slang) zit, wat taalkundigen taalverloedering noemen, omdat ze van de klankhelix geen flauw benul hadden. Zeijlstra ontving de Taalboekenprijs, maar die zou naar de vroedvrouwen, de “Witte vrouwen uit het Verloren Millennium” moeten gaan. Onder deze wis-, natuur- en scheikundigen bevond zich ook ‘reus’ Goliath, geen ‘groot’ persoon, maar een ‘groots’ persoon, die lafhartig door koning David werd vermoord, nadat David haar (!) zoon had vermoord, zodat hij met diens weduwe Batseba kon trouwen. Zie het dit jaar verschenen boek “De klankhelix van reus Goliath, een bijdehante tante die de broek aan had”: een string’, die de stringtheorie verklaart: het Sa-Mari(um) en het Broekie (i.c. het kindje Jezus). In moleculen vindt men als plaatjes naast onze sprookjes ook de hele Jezus-geschiedenis verbeeld. 2000 jaar na zijn dood, zou Zijn Woord alias Le Mot wederkeren. In Zeijlstras boek zit de mot, die aangetrokken door de vlam (zijn zucht naar status en roem) roemloos aan zijn eind komt.
Het lam is gevonden: de klankhelix!
Lijstjes
Mijn boekervaringen & recensies
Terug van weggeweest? No way!
Waarom over het werkelijk mysterie van het voorjoods matriarchaat wordt gezwegen.
KAT, (k)HAT, (h)ATLA(nT: HET LAND, maar welk dan?
KAT, (k)ATLA, (h)ATLA(n)T: HET LAND, maar welk dan?
Wie waren die "Oude Grieken" werkelijk?
Taal geen kwestie van mensenwerk, maar van Moeder Natuur!
Geen ‘voer voor theologen’, maar voor het ‘varken’! Hoezo?
Slaat de vlam in de pan!
Hedde Zeijlstra baseert zich in zijn uitleg op de bestudering van het Piraha, een schijnbaar zeer simpele, maar toch complexe taal gesproken door een volk dat aan een zijstroom van de Amazone leeft. Helaas bestaat er geen enkele taal die makkelijker of moeilijker is dan een andere, want aan alle talen ligt hetzelfde universeel geldige klankpatroon ten grondslag waaraan Zeijlstra helaas niet openlijk refereert. Hij vermeldt noch aan wie hij zijn kennis ontleent noch legt hij het principe van dit klankpatroon uit. Dat kent scheikundige stoffen waaronder de Piranha-oplossing, waarbij Caro’s zuur vrijkomt. Dit is echter geen ‘zuur’ zoals in zuurstof, maar een vreemd ‘zuur’ want de ‘zuurstok’ op de kermis is ‘mierzoet’! Zeijlstra heeft het over Chomsky, het Droste-effect en de Fibonaccireeks, die begint met twee getallen 1 en 1, maar net als bij de twee zuren, is hier de ene 1 niet gelijk aan de andere 1, ook vergelijkbaar met de twee nullen in het getal honderd. Zeijlstra koos een titel “De geniale eenvoud van taal” die opmerkelijk is, want waarom heeft het dan geen eeuwen, maar zelfs millennia geduurd voordat taalkundigen op het niveau zaten van de kennis van het voorjoodse matriarchaat, dat – zoals nu uit de bestudering van historische munten blijkt – al op de hoogte was van dat wat de universele klankhelix wordt genoemd, die Zeijlstra niet zonder reden verzwijgt. Dit patroon houdt in dat woorden van achteren langer worden (adjectio) en van voren afslijten (detractio). Zeijlstra laat zich daarom ook in de kaart kijken wanneer hij het voorbeeld van ‘(h)eet’ Petra een appel opvoert. Deze zin is geen toeval, want ‘appèl’ verwijst naar ‘een beroep doen op’, terwijl ‘heten’ en appeler ook naar roepen, noemen en heten verwijzen, waardoor opnieuw het ‘nagenoeg gelijk’ (i.c. interferentie) een rol speelt. Hiermee kom ik op de kern van de zaak, want waarom verwijst Hedde Zeijlstra niet naar het omvangrijke oeuvre van Ans Schapendonk, een historisch taalkundige die deze materie al in augustus 2012 tijdens een IVN-congres in Antwerpen toelichtte door op het door haar ontdekte tot nog toe onbekende vierde rijtje van de W (naast P, T en K) te wijzen. Professoren en medewerkers begrepen op slag hun blunders, die ze nu willen goedmaken door publicaties, maar helaas zonder bronvermelding. Schapendonk beschreef bovengenoemde verschijnselen uitvoerig, inclusief alle schei-, natuur- en wiskundige samenhangen waaronder de gulden snede. De uitkomst van deze oplossing is 0,666, het getal van het beest, waardoor Petra waaruit Eva helixt van vredelievende duif werd verdoemd tot duivels wijf. De getallen 6 en de 9 zijn ook nagenoeg identiek wat samenhangt met de saponificatie (verzeping). Het standje 69 lijkt onvruchtbaar, maar is dat wel zo? Niet de joodse Talmoed, maar de voorjoodse Getalmoed, ontwikkeld door het matriarchaat, verklaart de klat die in ons dialect (Engels slang) zit, wat taalkundigen taalverloedering noemen, omdat ze van de klankhelix geen flauw benul hadden. Zeijlstra ontving de Taalboekenprijs, maar die zou naar de vroedvrouwen, de “Witte vrouwen uit het Verloren Millennium” moeten gaan. Onder deze wis-, natuur- en scheikundigen bevond zich ook ‘reus’ Goliath, geen ‘groot’ persoon, maar een ‘groots’ persoon, die lafhartig door koning David werd vermoord, nadat David haar (!) zoon had vermoord, zodat hij met diens weduwe Batseba kon trouwen. Zie het dit jaar verschenen boek “De klankhelix van reus Goliath, een bijdehante tante die de broek aan had”: een string’, die de stringtheorie verklaart: het Sa-Mari(um) en het Broekie (i.c. het kindje Jezus). In moleculen vindt men als plaatjes naast onze sprookjes ook de hele Jezus-geschiedenis verbeeld. 2000 jaar na zijn dood, zou Zijn Woord alias Le Mot wederkeren. In Zeijlstras boek zit de mot, die aangetrokken door de vlam (zijn zucht naar status en roem) roemloos aan zijn eind komt.