Dit boek gaat over de studie van de verhouding tussen drie vormen van weten. Het ethische of morele weten impliciet in de ethische praktijk, het wetenschappelijke weten en het filosofische weten over die twee vormen van weten en hun onderlinge relatie. Die laatste vorm, de moraalfilosofie, is een specifieke vorm en verschillend van de andere twee, betoogt Herman De Dijn. De Dijn is emeritus hoogleraar aan het Hoger Instituut voor Wijsbegeerte van de KU Leuven. Hij publiceerde internationaal vooral over Spinoza en Hume en is auteur van vele kritische cultuurfilosofische essays over de postmoderne maatschappij zoals Vloeibare waarden.
Inzake ethiek is hij een dissidente stem in het debat. Het bestaan zelf van wetenschap en het ontstaan van een seculiere cultuur dat daar nauw mee verbonden is, hebben een enorme impact gehad op ethiek of moraal, schrijft de auteur. Drie vormen van weten licht deze evolutie nader toe.
‘Wetenschap en ethiek zijn radicaal verschillende vormen van weten en praktijk; ethiek is altijd onderdeel en uitdrukking van de cultuur, meer een product van het hart (van collectieve verbeelding en emoties) dan van de ratio.’ Dat is de moraalfilosofische stelling die het boek zowat samenvat. De manier waarop we leven bepaalt onze ethiek, maar De Dijn doorbreekt de gedachte dat die ethiek strikt rationeel is of zou moeten zijn. Hij gaat dan ook in op de vandaag dominante stellingen in onder meer de bio-ethiek en dierenethiek.
Net zoals David Hume vindt De Dijn verder dat er tussen wetenschap en ethiek een radicale kloof zit. Die hoeft ook niet gedicht te worden omdat dat niet kan, vindt de auteur. Daarom vindt hij de gedachte dat ethiek voortdurend achterloopt op wetenschap dan ook nonsens. Bij ethiek kan je namelijk niet, zoals bij wetenschap en techniek, aantoonbare vooruitgang in zijn geheel vaststellen. De Dijn vergelijkt ethiek met erotiek. ‘Niemand veronderstelt dat onze manier van oordelen in dat domein gerechtvaardigd zou moeten worden vanuit strikt rationeel oogpunt.’ Bij ethiek heerst maar al te vaak het misverstand dat dit domein rationeel gerechtvaardigd hoort te worden. Zoals Hume reeds betoogde: ‘Ethiek is geen zaak van zuivere ratio maar van het hart’.
Hoewel wetenschap en ethiek dus twee verschillende vormen van weten zijn, kunnen beide wel een impact hebben elkaar, schrijft De Dijn in hoofdstuk 2 van deel 1, waarin hij dieper ingaat op de concepten ethiek en wetenschap. Dit zorgt voor paradoxale situaties en spanningen op ethisch gebied, beargumenteert De Dijn. In deel 2 gaat De Dijn in op de link van de ethiek met de moderniteit. Ten slotte behandelt de auteur in deel 3 kort het gedeelte ethiek en moraalfilosofie met de vraag: wat is vandaag geworden van de ethiek?
Paperback / softback | Nederlands | Filosofie algemeen |